Kinderen in Nederland kunnen
onvoldoende hun stem laten horen bij beslissingen die over hen gaan.
Niet alleen kinderen en hun ouders, maar ook hulpverleners, advocaten en
zelfs rechters hebben te weinig kennis van de mogelijkheden voor
minderjarigen om hun recht te halen of gehoord te worden in de
rechtbank. Dat concludeert de Kinderombudsman Marc Dullaert in zijn
onderzoek dat gisteren is aangeboden aan minister Opstelten van
Veiligheid en Justitie.
De Kinderombudsman heeft de afgelopen
maanden onderzoek gedaan naar de inzet van de bijzondere curator. De
bijzondere curator kan door de rechter aangesteld worden als het belang
van een kind in de knel dreigt te raken, bijvoorbeeld bij
(v)echtscheidingen of bij strijd tussen ouders en jeugdzorg. Meestal is
de bijzonder curator een advocaat, psycholoog of pedagoog. Een
familielid heeft doorgaans niet de voorkeur van de rechter, omdat er dan
andere belangen op het spel kunnen komen te staan en de familiebanden
nog verder op scherp worden gezet.
Het aantal verzoeken en benoemingen van
bijzondere curatoren wordt door de rechtbanken niet bijgehouden. De
Kinderombudsman heeft voor zijn onderzoek daarom gebruik gemaakt van
ervaringen van de verschillende betrokkenen. Daaruit blijkt een grote
onbekendheid met de mogelijkheden van een bijzondere curator. Dit
terwijl er veel situaties zijn waarin deze een belangrijke rol kan
spelen, bijvoorbeeld wanneer kind, ouder en gezinsvoogd het niet met
elkaar eens zijn over een omgangsregeling na een echtscheiding of over
uithuisplaatsing.
Lot uit de loterij
Rechtbanken hanteren verder geen
duidelijke lijn in de benoeming van bijzondere curatoren. Ook
constateert de Kinderombudsman dat er geen kwaliteitsnormen zijn waaraan
de bijzondere curator moet voldoen. Dit leidt tot rechtsongelijkheid.
In beroep gaan tegen een afwijzing van een verzoek is onmogelijk. Het
krijgen van een bijzondere curator is daarmee op een loterij gaan
lijken. Je moet als kind maar hopen dat je een goed lot treft.
Rechters en bijzonder curatoren zijn het
niet met elkaar eens welke kinderen een bijzonder curator zouden moeten
krijgen. Bijzonder curatoren pleiten voor het loslaten van de
minimumleeftijd van twaalf jaar. Rechters zouden volgens hen meer moeten
kijken naar de rijpheid van het kind. Rechters zijn vaak van mening dat
zij zelf prima in staat zijn naar de mening van het kind te luisteren,
vooral bij wat oudere kinderen. De bijzonder curatoren zien echter wel
hun eigen meerwaarde in het afwegen en behartigen van het belang van het
kind.
Kinderrecht in het nauw
De Kinderombudsman pleit er voor om in alle situaties waarin kinderen in de knel dreigen te raken een bijzonder curator te benoemen. Ook moeten er kwaliteitsnormen worden opgesteld waar bijzondere curatoren aan moeten voldoen. Tot slot beveelt de Kinderombudsman aan om te registreren hoe vaak een bijzonder curator wordt benoemd en om een landelijk registratiesysteem van bijzonder curatoren op te zetten.
Het verdrag inzake de Rechten van het
Kind (1990) stelt dat ieder kind de gelegenheid moet hebben om zijn of
haar mening te geven in juridische kwesties die voor het kind van belang
zijn. De Kinderombudsman hoopt dat minister Opstelten zijn
aanbevelingen op zal volgen, zodat de afspraken uit het verdrag in de
toekomst beter nageleefd zullen worden.
Bronnen
- Website Kinderombudsman. Bijzondere curator, een lot uit de loterij?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten